Schrok je een tijdje geleden nog van de boodschap dat de analoge meter (of terugdraaiende teller) vervangen moet worden door een digitale? Heb je interesse in zonnepanelen, maar vraag je je af of het tegenwoordig nog wel een goede investering is? Ik vertel je wat je nodig hebt om een goed geïnformeerde beslissing te maken! …
Schrok je een tijdje geleden nog van de boodschap dat de analoge meter (of terugdraaiende teller) vervangen moet worden door een digitale?
Heb je interesse in zonnepanelen, maar vraag je je af of het tegenwoordig nog wel een goede investering is?
Ik vertel je wat je nodig hebt om een goed geïnformeerde beslissing te maken!
Wat is een digitale meter?
Een meter die digitaal is, zeker?
Ja, om te beginnen. Hij registreert je elektriciteitsverbruik en laat je weten hoeveel je verbruikt hebt.
Je kunt ze krijgen in twee modellen: voor eenfasig (klein) en driefasig (groot) net. Alle meters zijn wit en hebben een elektronische display.
Maar daar komt nog bij dat een digitale meter technologisch mee is met de tijd.
- Het verzend en ontvangt zelfstandig je elektriciteit of gas data.
- Je kunt op elk moment je verbruik controleren. Je gebruikt hiervoor de twee gebruikspoorten.
- Link je meter aan je telefoon met een app.
Twee gebruikspoorten en een app:
De P1-poort helpt je door data digitaal beschikbaar te maken op je smartphone of computer.
De S1-poort geeft data over specifieke toestellen en maakt het mogelijk om je huishoudapparaten te laten werken op tijdstippen die je helpen besparen.
Dit basismodel krijgt iedereen. De apps zelf zijn bijkomend en je mag zelf kiezen welke het beste voor je werkt.
Heb je zonnepanelen? Dan berekent deze meter je verbruik en je opgewekte energie afzonderlijk. Verbruik je op het einde van je termijn meer dan je zelf hebt opgewekt? Dan weet je meteen hoeveel centjes er van je spaarrekening zullen afgaan.
Wat is er veranderd sinds de terugdraaiende teller?
Zo was het onder het oude systeem:
Vroeger was het zo dat de stroom die je aan het net afstond afgetrokken werd van de totale stroom die je in een jaar verbruikte. Op die manier kon men er een dik voordeel uit halen omdat een groot deel van uw rekening door uw PV-installatie werd vergoed. Nog beter was dat eigenaars van zonnepanelen enkel belastingen betaalden op het eindsaldo in plaats van de stroom die werkelijk van het net was gehaald.
Dat laatste vond VREG toch oneerlijk dus voerde de overheid het prosumententarief in. Prosumenten consumeren niet alleen stroom, ze leveren ze zelf ook terug aan het net. Dat betekent dat ze nog steeds afhankelijk zijn van het distributienet van de energieleverancier.
Want wat doe je met de extra stroom van je zonne-installatie? Die moet je toch ergens kwijt. Je distributeur geeft je daarom een goede deal; betaling voor je extra energie.
Zorgen je zonnepanelen voor te weinig stroom (‘s nachts of tijdens de wintermaanden)? Dan heb je nog steeds energie nodig.
Je betaalde daarom een forfaitaire vergoeding om gebruik te maken van het net.
Die vergoeding was voor iedereen anders; het bedrag dat je netbeheerder vraagt per kilowatt vermogen van je omvormer + het vermogen van je omvormer.
Bijvoorbeeld:
Je netbeheerder vraagt dit jaar € 100 per kWh vermogen. Het vermogen van je omvormer komt neer op 3 kWh. 100 × 3 = € 300
Zo is het onder het nieuwe systeem:
Dat is nu niet meer het geval. Met de digitale meter wordt je verbruik en je productie apart berekent zodat men nauwkeurig kan bepalen hoeveel je dat jaar van het net gehaald hebt. Op dat bedrag betaal je dan de normale tarieven.
Als je je nu afvraagt of zonnepanelen nog wel voordelig zijn, laat me je dan geruststellen: Het blijft een betere deal dan energie volledig van het net te halen.
Ik zal eerlijk zijn; toen het nieuws over het verlies van de terugdraaiende teller me bereikte, dacht ik echt dat eigenaars van PV-installatie donkere dagen tegemoet gingen.
Maar na een periode van puzzelen en oplossen kwam ik tot de vaststelling dat er niet zoveel verloren gaat.
- Je betaalt geen prosumententarief meer.
- 60 % van de zonnepaneleneigenaars betaald minder met de digitale meter.
- 40 % betaald meer, maar dan gaat het maar over enkele euro’s per maand.
Dit voorspelt VREG.
Wat moet jij doen?
Allemaal goed en wel, maar wat moet je nu als eigenaar van een PV-installatie beginnen nu de terugdraaiende teller er niet meer is?
Binnen de Europese Unie is de digitale teller verplicht (België was eigenlijk al bij de laatsten van de Europese klas). Je kunt hem dus niet meer weigeren.
Gelukkig hebben we nog even tijd gekregen om over te schakelen. Tegen 31 december 2024 moeten 80 % van de nieuwe meters geplaatst zijn. Tegen 1 juli 2029 moet iedereen met een zonne-installatie een digitale meter hebben. Dat zijn niet alleen particulieren, maar ook bedrijven.
Fluvius verzorgt exclusief de plaatsingen van de digitale meter.
Nog geen digitale meter gekregen? Fluvius komt automatisch langs als je:
- Een nieuwe meter aanvraagt omwille van verbouwingswerken.
- Een PV-installatie met klassieke meter hebt geplaatst na 1 juli 2019.
- Een budgetmeter toegewezen hebt gekregen na 1 juli 2019.
- Een met een defecte meter zit.
- Een verbruiksmeter hebt die vervangen moet worden door straatwerken.
Je kunt hier ook controleren wanneer jouw gemeente voor installaties gepland staan. Voor een bezoek krijg je ook een persoonlijke waarschuwing.
Je kunt ook zelf een digitale meter aanvragen, maar dan betaal je wel € 88 plaatsingskost + eventuele nieuwe meterkast.
Wil je écht nog geen digitale meter? Tot 1 januari 2025 kun je zonder enige gevolgen laten weten dat je geen digitale meter wil. Uitzondering op de regel zijn de huishoudens die al 15 jaar of langer een terugdraaiende teller hebben.
Let er wel op dat als je de digitale meter weigert je die zelf tegen 2025 moet aanvragen. En zoals gezegd, gebeurt dat dan niet meer gratis.
Wat is er niet meer geldig?
Compensatiepremies
Als je minder dan 15 jaar lang een zonne-installatie had, maar al met een digitale meter geïnstalleerd, dan kon je daar tot voor kort een compensatiepremie voor krijgen. Dit beleid liep tot 18 januari 2022.
Een soortgelijke premie kon je aanvragen voor warmtepompen en voor decentrale installaties zoals micro-WK en kleine windturbines. Dit beleid liep tot 31 maart 2022.
Rendementsbehoud
In 2021 beloofde de Vlaamse overheid om het voordeel van de terugdraaiende teller 15 jaar lang te behouden. Het was de bedoeling dat mensen die nog maar net een PV-installatie hadden geïnstalleerd daar het volle rendement uit konden halen. Dit beleid werd door het gerechtshof weer ingetrokken en op 1 maart 2021 werd een tussentijdse afrekening bij de klant aangerekend door de energieverdeler.
Wat is wél nog geldig…
De investeringspremie voor zonnepanelen.
Vanaf 2021 heb je recht op een eenmalige premie van Fluvius. Deze premie kan oplopen tot maximaal € 1.500 en is geldig tot eind 2024. Het aanvraagformulier moet ten laatste 24 maanden na de eindfactuurdatum aankomen bij Fluvius.
Het bedrag van de premie is afhankelijk van de grootte van het zonnedak. Ze bedraagt 300 euro per geïnstalleerde kilowattpiek voor de eerste 4 kilowattpiek en 150 euro per kilowattpiek voor de schijf tussen 4 en 6 kilowattpiek.
Meer info vind je hier.
Hou je rendement optimaal met deze 3 tips:
Dit gaat een beetje contra-intuïtief klinken, maar voor mensen met zonnepanelen en een digitale teller is het voortaan voordeliger om overdag zoveel mogelijk stroom te gebruiken.
Waarom? Omdat je vanaf nu volgens dit principe gaat verbruiken: zelfconsumptie.
Zoveel mogelijk mijn eigen energie inzetten.
Denk maar: welke stroom is gratis? De stroom die je zelf opwekt. En wanneer zorgen jouw panelen voor het meeste stroom? Als de zon schijnt.
Als je je energie onmiddellijk verbruikt op het moment dat ze wordt opgewekt, hoe goedkoper het in de toekomst uitkomt voor jou. Je maakt toch minder gebruik van het energienet.
Dit zijn ook de piekuren voor energiekosten. Als je dan ‘s nachts nog iets moet gebruiken, dan betaal je minder.
Hoe begin je hier aan? Eerst en vooral is het nodig dat je een duidelijk beeld hebt van je elektrische landschap thuis.
Met de slimme meter breng je makkelijk je verbruik in kaart.
- Wanneer verbruik je het meest?
- Welke apparaten gebruiken het meest?
- Wanneer zijn er dal- en piekuren?
Maar wat dan doen?
Overdag verbruiken is iets waar we niet aan gewend zijn. Logisch, de meesten onder ons zijn dan niet eens thuis. Hoe zouden we dan die apparaten kunnen gebruiken?
Moderne toestellen hebben bijna allemaal een programmeerfunctie. Een was en droog te doen? Stel ze in voor 11 uur in de voormiddag voor je naar het werk gaat.
Ja hoor, mag ik nog wat vroeger opstaan om eerst al mijn spullen in te stellen. Strak plan…
Met een domotica systeem hoeft zelfs dat niet. Je stelt eenmalig het schema voor je hele huis in;
Wassen en drogen, de afwas, verwarming etc.
Probeer zoveel mogelijk je zelfconsumptie te verhogen.
Wat zo goed was aan de terugdraaiende teller was dat je vergoed werd voor de energie die je niet zelf verbruikte. Je zonnepanelen gaven je extra stroom, die werd doorgestuurd naar het net, je hield wat centjes bij.
Onder het nieuwe systeem heb je niets aan een surplus energie (of je moet om hulp gaan bij H&S, natuurlijk). Maar ik heb eerder in dit artikel gezegd dat er eigenlijk niet zoveel verloren gaat als we ons een beetje aanpassen. Met thuisbatterijen gaan we van “niet zoveel verloren” naar “dit komt ons eigenlijk beter uit”.
Een thuisbatterij slaat de energie op die je niet verbruikt. ‘s Avonds elektriciteit nodig? Die wordt automatisch uit de thuisbatterij gehaald voor je naar het elektriciteitsnet overstapt.
Thuisbatterijen verhogen je rendement van 30% naar 80%. Met andere besparende maatregelen zorg je dat je elk jaar weinig of niet van het net moet afnemen.
Particulieren krijgen daarbij nog een premie bovenop. Tot en met 2024 kun je een premie aanvragen die je vergoed voor 40% van je factuur vergoed, tot een maximum van € 1725.
Thuisbatterijen zijn van nu af aan zo’n belangrijk onderdeel van een energieonafhankelijke woning dat H&S Powersolutions ze standaard in een PV-installatie aanbied.
Laadpalen voor elektrische wagens winnen steeds meer populariteit. Logisch, gasprijzen gaan in 2022 door het dak, elektrische wagens worden stilaan toegankelijker en meer huishoudens schakelen over naar zonne-energie.
Heb je zelf al een elektrische wagen? Laat je eigen laadpaal thuis installeren.
Je betaalt niet meer al de extra kosten voor de leverancier (en de leverancier van de leverancier!) plus al de taksen daarop.
Nee, gewoon een laadpaal plaatsen, aansluiten op je PV-installatie en dan simpelweg je eigen wagen in de garage of voor de deur opladen. Klaar.
Voordeliger? Inderdaad! Zeker als je ook thuisbatterijen hebt.
En eigenlijk onvermijdelijk. Vanaf 2029 worden alle wagens elektrisch. De dagen van gastankstations zijn dus geteld. Vroeg of laat zullen we allemaal elektrisch gaan rijden, dus is het wel zo slim om jezelf goed voor te bereiden.
Want er zijn tot 2028 nog financiële voordelen verbonden aan het plaatsen van een laadpaal.
Het wetsvoorstel voorziet vanaf een belastingvermindering van 45%, vanaf 1 september 2021. Met de nieuwe regeling kun je maximaal 1.500 euro per laadpaal inbrengen in de belastingen, ook al kost de laadpaal meer. Het financiële voordeel bedraagt dus maximaal 675 € (= 45% van 1.500 €). Opgelet: vanaf 2023 wordt het voordeel afgebouwd naar 30% en vervolgens gehalveerd naar 15% in 2024.
Ik raad je aan je elektrische ontwikkeling zorgvuldig te plannen, zo kom je niet in financiële problemen.
Verandering = een kans
De digitale meter zorgt voor verandering, en het is niet de enige verandering die we dit decennium gaan krijgen. Dit is tot nu toe wat chaotisch verlopen, maar het hoeft zeker geen negatieve gevolgen te hebben voor ons!